2017
In de prachtige achtertuin van de Sint-Jan ligt de “Bouwloods” uit de jaren ’80. Bij elke kathedraal stond vroeger een gebouw waar beelden en ramen werden gemaakt of gerestaureerd, een soort atelier, een bouwloods. De Bouwloods achter de Sint-Jan toont beelden uit de indrukwekkende collectie van de Sint-Jan, maar vertelt niet de mooie verhalen van de luchtboogbeelden, de hertogbeelden, de wimbergreliefs en het indrukwekkende restauratiearchief. Het is een grauw en niet-gastvrij gebouw.
Al in 2009 waren er plannen om de Bouwloods te verbouwen. Het plan betrof destijds een verbouwing tot een professioneel museum met een onderdoorgang naar de Sint-Jan dat €11 miljoen zou kosten. Dit voorstel werd destijds door de gemeenteraad afgewezen. Het was een te grote ambitie in een tijd die door de kredietcrisis werd beheerst. Nu, acht jaar later, leek de tijd rijper, al ligt het financieren van een kerkelijk gebouw – De Bouwloods is kerkelijk bezit – gevoelig bij veel politieke partijen. Het Jeroen Bosch jaar in 2016, toen bezoekers een “wonderlijke klim” konden maken naar het dak van de Sint-Jan, toonde aan dat de Sint-Jan een bepalende toeristische trekpleister is waar menig stad jaloers op mag zijn. Er waren 120.000 klimmers en de financiële opbrengst was groot. Het Succes van de Wonderlijke Klim maakte duidelijk dat de stad op een prachtige manier gebruik kan maken van het bezoekerspotentieel.
De Stichting Sint-Jansmuseum had de oude ambitie opnieuw opgepakt en een plan ontwikkeld voor de verbouw en doorontwikkeling naar een modern Sint-Jansmuseum. In nauwe samenwerking met het bestuur kwam ik tot een raadsvoorstel waarbij het college het Sint-Jansmuseum positioneerde als onderdeel van de toeristische trekpleister die de Sint-Jan is. De gemeenteraad stemde in april 2017 in met het ter beschikking stellen van een voorbereidingskrediet. Helaas strandde het mooie plan door te uiteenlopende belangen van de betrokken partijen.